Regelmatig krijg ik de vraag of ik zwanger zijn nog steeds totaal ruk vind. Logisch, want de eerste drie maanden van mijn zwangerschap vond ik een regelrechte hel. Eindeloos kotsen, depressie, gebrek aan energie: het viel me zo zwaar dat ik niet denk dat ik dat nog eens ga doen. Misschien maakt me dat een zwakkeling of een aansteller, maar echt: ik vond die eerste drie maanden het heftigste dat ik in héél lange tijd heb meegemaakt. Slopend voor mezelf, maar ook voor mijn omgeving.
Gelukkig is er inmiddels een hoop veranderd.
Toen het kotsen na een week of veertien eindelijk weg begon te trekken, kreeg ik weer wat ruimte in mijn hoofd. Misschien was er toch licht aan de horizon, en hoefde ik niet mijn hele tour af te zeggen. Het duurde nog weken voordat ik een beetje bij mijn positieven was gekomen, maar langzaam ben ik weer dingen gaan doen. Ik was supertrots toen ik voor het eerst met iemand buiten de deur afsprak om koffie te drinken. Toen ik voor het eerst weer naar mijn kantoor ging. Zonder over mijn nek te gaan zelf een boterham smeerde.
Het kostte heel wat schoppen onder mijn kont, maar inmiddels functioneer ik best wel weer redelijk normaal. Sterker nog: sinds ik dat kind in mijn buik dag en nacht heen en weer voel zwemmen en voel schoppen en slaan (en headbangen) vind ik het zelfs… knus om zwanger te zijn. Ja, ik ben zo’n wijf dat stiekem praat tegen haar ongeboren vrucht. Shoot me. Ik praat ook tegen Henk, mijn kat.
Er zijn wel een aantal dingen die niemand me van tevoren vertelde over zwanger zijn, en die ik behoorlijk fascinerend vind. Ik zal een paar voorbeelden geven.
1. Mijn tieten zijn veranderd in een weerstation
Ken je die scène uit Mean Girls, waar dat IQ-loze vriendinnetje van Lindsay Lohan weervrouw wordt, omdat haar borsten meteorologische voorspellingskrachten hebben? Ik denk dat ze gewoon zwanger was. Mijn eigen mean girls, inmiddels een bescheiden size skippybal, laten me precies weten wanneer de temperatuur ergens een halve graad daalt. Dan krimpen ze samen en voelt het alsof ze ieder moment kunnen exploderen. AUW!
2. Zwangerschapskleren zijn saaier dan zondagochtend-tv
Toen ik definitief geen lucht meer kreeg in mijn normale garderobe, maakte ik de cruciale fout om op zoek te gaan naar zwangerschapskleding onder het kopje “zwangerschapskleding”. Een enorme walm van slaapverwekkende saaiheid kwam me tegemoet. Saai-christelijke effen t-shirts in wit, zwart en grijs. Longsleeves met cringy opdrukken als “love inside”, of – erger nog – met een hartje op navelhoogte. *kots* Schijnbaar mag je als zwangere vrouw geen prints, décolletés of designer dragen. Hou op met me! Ik ben gisteren naar de uitverkoop van de Monki gegaan en heb uit protest een goudkleurige broek en twee jurken met hysterische print gekocht. Gewoon, twee maten te groot. Past precies.
3. Verloskundigen zijn… blij
Maar echt. Altijd blij. Bij de eerste dacht ik nog: misschien is dit een toevalstreffer. Ze begroette me met: ‘Ooooh wat FIJN! Er zit een KINDJE in je buik! Wat gezellig! En wat ziet het er al mooi uit!’ Maar de afspraak erna, bij de tweede verloskundige, ging het teletubby-discours gewoon verder. ‘Oh, wat PRACHTIG! Je baarmoeder ligt er ZO mooi bij!’ Bij de derde verloskundige had ik me mentaal voorbereid. ‘Ach wat een FANTASTISCH hartje hoor ik! De kleine is HELEMAAL happy daarbinnen!’
Serieus. Mijn blijheid-tolerantie kent grenzen.
4. Babybelly’s zijn instagram-goud
Al jaren heb ik een instagram-account, en post ik een paar keer per week een foto. Niks wereldschokkends. Maar hoe ik ook mijn best doe, boven enkele tientallen likes kom ik nooit uit. TOTDAT. Ik een paar weken geleden een slechte en vage foto van mijn pens postte. De likes stroomden binnen, evenals de comments. “Awwww, cute!!” “Babyyyylove!” …etc. Wauw, ik wist niet dat het zo makkelijk was! Ik moet mezelf aansporen om ook gewoon goede kunstzinnige foto’s te maken, want het was nog nooit zo makkelijk scoren met zo weinig moeite.
Maar goed, tot zover de update. Als jullie meer willen weten, laat het me vooral weten, dan zal ik verslag blijven doen van de wondere wereld die Zwangerschap heet.
Vooral doorgaan. Dat tietenverhaal is heel herkenbaar. Mijn tieten konden op het einde nergens meer tegen, van een haartje in mijn decolleté werd ik al gelemaal gek. Alles moest naadloos zijn en het liefst van zijde.